Wonen of windmolens? Botsende belangen in het Utrechtse buitengebied
De Utrechtse polders Rijnenburg en Reijerscop beslaan ruim duizend hectare. Toekomst: windmolens en zonneweides, aldus de gemeente. Nee, grootschalige woningbouw, vinden projectontwikkelaars. Twist over de herinrichting van het landschap.
In het kort
De energietransitie, de verduurzaming van de landbouw en een forse woningbouwopgave: het Nederlandse landschap gaat de komende jaren veranderen.
Scherpe keuzes zijn daarbij onvermijdelijk in een land waar de ruimte schaars is. Dat kan leiden tot strijd over de herinrichting.
Voorbeeld is Utrecht, waar een stevige discussie woedt over wat te doen met de polders Rijnenburg en Reijerscop.
De gemeente wil de ruim duizend hectare agrarische grond gebruiken voor het opwekken van duurzame energie.
Een consortium van beleggers en projectontwikkelaars, voor 70% eigenaar van de gronden, pleit juist voor grootschalige woningbouw.
Nederland staat aan de vooravond van een noodgedwongen metamorfose van het landschap. Ga maar na: er komen fors meer windmolens en zonneweides om de klimaatdoelen te halen, de landbouw moet verduurzamen, grote investeringen in de infrastructuur moeten Nederland bereikbaar houden en er ligt een omvangrijke bouwopdracht van jaarlijks 75.000 nieuwe woningen.
Stuk voor stuk stevige opgaven, die vragen om scherpe keuzes. De ruimte is immers schaars en ook de natuur verdient bescherming. Het gevolg: botsende belangen over de inrichting van ons landschap.
Het bewijs hiervoor is nu al te vinden in Utrecht. Om preciezer te zijn in de polders Rijnenburg en Reijerscop. De vraag wat te doen met deze ruim duizend hectare, grotendeels agrarische gronden zorgt al maanden voor flinke discussie in de Domstad én in omliggende gemeenten als Nieuwegein en IJsselstein.
Slagschaduw
De gemeente Utrecht wil de twee polders, ten zuiden van de wijk Leidsche Rijn, het liefst omtoveren tot energielandschap. Windmolens en zonneweides moeten hier op grote schaal duurzame energie gaan opwekken, zodat de regio Utrecht zijn klimaatdoelen kan halen. Tegelijkertijd moet er ruimte komen voor recreatie en natuurontwikkeling.
Een consortium van institutionele beleggers en projectontwikkelaars, die zo'n 70% van de grond in Rijnenburg en Reijerscop in handen heeft, ziet het polderlandschap juist als ideale locatie voor grootschalige woningbouw. De grondeigenaren zijn niet principieel tegen duurzame energieopwekking in het gebied, maar willen óók dat er snel plannen op tafel komen voor de bouw van 20.000 tot 25.000 woningen. Noodzakelijk om het grote tekort op de Utrechtse woningmarkt weg te werken, stellen zij.
Ondertussen vrezen burgers uit omliggende gemeenten, verenigd in de actiegroep Buren van Rijnenburg en Reijerscop, voor overlast van de windmolens door geluidshinder en slagschaduw.
De kwestie heeft inmiddels ook politiek Den Haag bereikt. Coalitiepartijen VVD en CDA riepen vlak voor de zomer verantwoordelijk minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken, D66) op Utrecht desnoods met een zogeheten aanwijzing te dwingen woningen te bouwen in de twee polders. 'Utrecht plaatst verduurzaming boven het bouwen van betaalbare woningen voor mensen', zegt CDA-Tweede Kamerlid Erik Ronnes. 'Dat is onbestaanbaar.'
Pauzelandschap
Terug naar 2016. Dat jaar besluit de Utrechtse gemeenteraad, in navolging van de provincie Utrecht, dat er tot 2030 geen woningbouw mag plaatsvinden in Rijnenburg en Reijerscop. De twee polders krijgen het stempel 'pauzelandschap'. Energiewethouder Lot van Hooijdonk van GroenLinks krijgt de opdracht plannen te ontwikkelen voor grootschalige duurzame energieproductie in het gebied.
'In de stad Utrecht hebben wij niet veel buitengebied waar wij op grote schaal zonne- en windenergie kunnen opwekken', zegt Van Hooijdonk, die nog steeds energie in haar portefeuille heeft. 'Tegelijkertijd loopt de regio Utrecht fors achter in haar energieopgave. We hebben weinig windenergie en de opbrengst van zonnepanelen is heel beperkt als je het afzet tegen het energieverbruik van de stad. Als je echt een deuk in een pakje boter wil slaan, moet je grootschalig durven denken. Dat kan in Rijnenburg.'
Na twee jaren vol gesprekken met bewoners, grondeigenaren en energie-experts, presenteert het Utrechtse college afgelopen voorjaar een conceptvoorstel voor het energielandschap Rijnenburg en Reijerscop. Er is ruimte voor maximaal 11 windturbines en 227 hectare aan zonneweides.
Wordt deze ruimte volledig benut, dan produceert Rijnenburg straks 10% van het totale energieverbruik in Utrecht, becijfert Van Hooijdonk. Nu wekt Utrecht jaarlijks 0,1 petajoule energie duurzaam op, op een totaal verbruik van 13 petajoule.