Kankermedicijnen hier veel later op de markt dan in de VS: trage toelating kost mensenlevens
Nieuwe kankermedicijnen komen in Europa gemiddeld 8 maanden later op de markt dan in de Verenigde Staten. Deze vertraging zou ertoe leiden dat mensen hier eerder en onnodig sterven.
Irene van den Berg 15-09-20, 03:00 Laatste update: 07:44
Uit een studie van hoogleraar Carin Uyl-de Groot van de Erasmus Universiteit Rotterdam blijkt dat een nieuw kankermedicijn in Europa na gemiddeld 403 dagen op de markt komt. In de Verenigde Staten gaat dit veel sneller: al na gemiddeld 161 dagen. Volgens Uyl-de Groot houdt dit in dat Europese kankerpatiënten beduidend langer – gemiddeld 242 dagen - op levensreddende medicijnen moeten wachten dan kankerpatiënten in de VS.
Eén van de boosdoeners is het Europees Geneesmiddelen Agentschap (EMA) dat sinds vorig jaar in Amsterdam is gevestigd. De EMA is volgens de Rotterdamse hoogleraar veel trager met het registreren van nieuwe medicijnen dan haar Amerikaanse evenknie, de Food and Drug Administration (FDA).
Over het algemeen hebben patiënten in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Oostenrijk het snelst toegang tot een nieuw medicijn, met gemiddelden van respectievelijk 17, 22 en 31 dagen na de EMA-goedkeuring. In Nederland duurt het langer, gemiddeld 128 dagen. In Griekenland en veel Oost-Europese landen duurt het na goedkeuring door de EMA gemiddeld nog 2 tot 3 jaar, voordat patiënten gebruik kunnen maken van een geneesmiddel.
Europese kankerpatiënten moeten langer op een medicijn wachten dan patiënten in de VS. Dat is vooral het gevolg van de (trage) werkwijze van het Europees Geneesmiddelen Agentschap (EMA) en het Zorginstituut Nederland.
Europese kankerpatiënten moeten langer op een medicijn wachten dan patiënten in de Verenigde Staten. Dat blijkt uit een studie waarin Uyl-de Groot de toegang van twaalf kankermedicijnen tot de Europese markt in de periode 2011-2018 onderzocht. Het Europees Geneesmiddelen Agentschap (EMA) is een stuk trager met de registratie van de medicijnen dan de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA).
Een duidelijke verklaring voor de stroperige procedures van de EMA heeft de hoogleraar niet. Het valt haar op dat de EMA veel vragen stelt aan de fabrikanten en dat de verschillende vragenrondes tot vertraging leiden, zowel aan de kant van de fabrikant als van de EMA. De langere procedures leiden volgens Uyl-de Groot niet tot betere adviezen. ,,Ook bij zeer effectieve kankermedicijnen duren de Europese procedures langer.”
Verschillen tussen lidstaten
Ook bestaan er grote verschillen in de snelheid waarmee landen een nieuw medicijn toelaten op hun markt. Na een positief advies van het Europees Geneesmiddelen Agentschap moet een kankermedicijn worden goedgekeurd binnen de lidstaat. Dat gebeurt, zoals gezegd, in Duitsland gemiddeld binnen 17 dagen, terwijl dat in Nederland 128 dagen duurt.
Uyl-de Groot onderzocht per land hoe snel patiënten het middel in de praktijk daadwerkelijk krijgen toegediend. In België, Zwitserland, Frankrijk en Oostenrijk krijgen patiënten de geneesmiddelen relatief het snelst toegediend. Nederland staat op de negende plek. Ook bij de toediening in de praktijk bungelen de Oost-Europese landen onderaan. ,,Sommige medicijnen komen daar zelfs nooit bij patiënten terecht”, ontdekte de hoogleraar Evaluatie van de zorg.
In Nederland loopt het daadwerkelijk in gebruik nemen, volgens Uyl-de Groot, soms vertraging op vanwege prijsonderhandelingen. De minister voor Medische Zorg kan nieuwe middelen, vanwege de hoge prijs, tijdelijk uit het basispakket houden. In de tussentijd brengt het Zorginstituut een advies uit over wel of geen opname in het basispakket. ,,Dat is terecht want medicijnfabrikanten vragen soms extreem hoge bedragen voor nieuwe medicijnen. Maar je kunt dus concluderen dat hoge prijzen ertoe leiden dat kankerpatiënten niet of later toegang tot een bepaalde behandeling krijgen.” Op dit moment wachten onder meer een behandeling voor gevorderde niercelkanker en een behandeling van chronische lymfatische leukemie op goedkeuring van het Zorginstituut.
,,De fabrikant van een geneesmiddel kan nadrukkelijk bijdragen aan een snelle beschikbaarheid voor patiënten door al voor de marktintroductie goed onderzoek te doen naar de kosteneffectiviteit van zijn middelen”, stelt ook Michiel Geldof, woordvoerder van het Zorginstituut Nederland. Welke verantwoordelijkheid heeft het Zorginstituut bij het versnellen van de procedures? ,,De belangrijkste taak van het Zorginstituut is dat goede zorg snel beschikbaar komt. Daarvoor moet je wel eerst kunnen beoordelen of zorg die we met elkaar moeten betalen ook wel effectief is, en voor welke patiënten”, aldus Geldof.