Het gaat zo goed op de huizenmarkt in een aantal steden dat er sprake is van aanbodkrapte en dat leidt tot prijsstijgingen. Er moeten meer woningen worden gebouwd, aldus makelaarskantoor Dynamis in een opvallend rapport over de huizenmarkt in het derde kwartaal.
Er staan minder huizen te koop en de vraag stijgt. Dat zorgt ervoor dat in een aantal steden in de randstad, zoals Amsterdam, Haarlem, Leiden, Rotterdam en Utrecht, sprake is van een sterk prijsherstel. De huizenprijzen stijgen sterker dan gemiddeld.
Volgens Dynamis is de druk op de huizenmarkt in die regio's dusdanig groot dat het essentieel is dat er meer woningen komen, 'om sterkere prijsstijgingen te voorkomen'.
Dynamis doet een oproep aan gemeenten, provincies, ontwikkelaars en beleggers om meer aanbod te ontwikkelen. Dat is natuurlijk ook in het belang van Dynamis.
17 procent minder huizen te koop dan in 2013
Het aanbod van beschikbare koopwoningen daalde in het derde kwartaal naar 192.000 woningen. Drie maanden eerder was dat nog 200.000, aldus Dynamis. in vergelijking met de aanbodpiek van 2013 zijn er nu zo'n 17 procent minder huizen te koop. Het gestegen vertrouwen resulteerde via een hogere vraag in een lager aanbod.
Volgens Dynamis stonden er op 1 oktober 4 procent minder woningen te koop dan in het tweede kwartaal. Bij vrijstaande woningen daalde het aanbod met 2 procent en bij de andere categorieën met 5 procent. Huizen staan ook minder lang te koop. De mediane verkooptijd van tussenwoningen daalde van 91 dagen vorig jaar tot 69 dagen.
Minder onderhandelingsruimte kopers
Het verschil tussen vraagprijs en de uiteindelijke koopprijs, de zogeheten onderhandelingsruimte, verschilt nog flink van regio tot regio. Zo was deze in het derde kwartaal in Amsterdam 0 (kopers wisten gemiddeld niets van de vraagprijs af te onderhandelen) en 7 procent in Noordoost-Groningen.
Verwacht wordt dat het aantal huizenverkopen dit jaar 15 tot 20 procent hoger zal liggen dan in 2014. Dynamis gaat er vanuit dat het herstel op de huizenmarkt volgend jaar doorzet en dat in steeds meer regio's sprake zal zijn van meer evenwicht tussen vraag en aanbod. Door verder stijgende huizenprijzen zal het aantal huishoudens met een hypotheek onder water dalen. Dat vergroot op termijn de mobiliteit, oftewel, mensen kunnen weer verhuizen als ze dat willen.