Beurskoers SNS Reaal doet er weer toe na uitspraak rechter
Van onze redacteur (FD)
vrijdag 12 juli 2013, 04:15
update: vrijdag 12 juli 2013, 08:13
Richtlijn Ondernemingskamer gunstig voor gedupeerde beleggers.
Volgens voorzitter Peter Ingelse van de Ondernemingskamer moet minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën wel degelijk een schadevergoeding betalen voor de onteigende aandelen en achtergestelde obligaties. De Staat had die vergoeding bij de nationalisatie op 1 februari op nul gezet, maar volgens Ingelse heeft de Staat niet voldoende onderbouwd dat de effecten waardeloos zijn.
Drie nog te benoemen deskundigen moeten nu de waarde van SNS Reaal bepalen. Daarbij moeten zij van de rechter ‘in het bijzonder acht slaan’ op de beurskoers vlak voor de nationalisatie (‘het peiltijdstip’). In andere woorden: de waarde van de bank-verzekeraar hoeft niet per se overeen te komen met de koers, maar die vormt wel een belangrijk richtsnoer.
'Werkelijke waarde'
De benoeming van deskundigen was door de meeste partijen verwacht. De spanning zat daarom vooral in de richtlijnen die de rechter de deskundigen zou meegeven. Waar moeten de deskundigen van uitgaan in hun waardebepaling?
In de 77 pagina’s tellende beschikking gaat de Ondernemingskamer hier uitgebreid op in. De deskundigen moeten de ‘werkelijke waarde’ bepalen die SNS Reaal vlak voor de nationalisatie had.
Daarbij moeten ze, in de woorden van de rechter, enkele ‘ficties’ toepassen. De belangrijkste is wel dat de onderzoekers in de waardebepaling ervan uit moeten gaan dat de onteigening niet zou plaatsvinden.
Buiten beschouwing
Verder moet er, aldus de Ondernemingskamer, een prijs worden bepaald die de meest biedende gegadigde vlak voor de nationalisatie in het gewone economische verkeer zou betalen voor de aandelen en de achtergestelde obligaties.
Wel moet rekening worden gehouden met de ernst van de problemen waarin SNS verkeerde. Ook moeten de deskundigen in hun waardeberekening het oordeel van de Nederlandsche Bank meenemen dat SNS Reaal een kapitaaltekort had van €?1,84 mrd.
In het kort komt het er op neer dat de deskundigen alle feiten en omstandigheden van vóór de nationalisatie moeten meewegen. Gebeurtenissen die na de nationalisatie hebben plaatsgevonden of hadden kunnen plaatsvinden, moeten buiten beschouwing blijven. Dat geldt onder meer voor het eventuele verlies van de bankvergunning. Ook de mogelijkheid van een faillissement mag niet worden meegewogen. De Staat kwam juist op een vergoeding van nul uit, omdat SNS zonder nationalisatie failliet zou zijn gegaan.
Waarde lager dan beurskoers
De Ondernemingskamer meent dat in de beurskoers van de onteigende waardepapieren al veel slecht nieuws was verwerkt. Volgens Ingelse hield de markt in de loop van januari 2013 al rekening met de serieuze mogelijkheid dat DNB en Financiën zouden ingrijpen. De advocaten van de Staat, onder wie Richard de Haan van Allen & Overy, hadden in hun verweer gezegd dat de beurskoers geen weerspiegeling was van de waarde van SNS Reaal.
Waarschijnlijk zal de uiteindelijke waarde lager uitkomen dan de beurskoers. Van de Ondernemingskamer moeten de deskundigen meenemen of de in 2008 verstrekte staatssteun — waarvan nog €?565 mln openstond — een waardeverhogend effect heeft gehad.
Nasleep Ondergang SNS Reaal
De Nederlandse Staat nationaliseert bank-verzekeraar SNS Reaal. Aandeelhouders en beleggers in achtergestelde obligaties van SNS worden zonder compensatie onteigend.
De Raad van State haalt weliswaar geen streep door de onteigening van aandelen en achtergestelde obligaties SNS Reaal, maar maakt wel de weg vrij voor schadevergoeding.
Advocaten van minister van Financiën Dijsselbloem en van beleggersvereniging VEB kruisen de degens op twee zittingsdagen over compensatie bij de Ondernemingskamer.
De Ondernemingskamer oordeelt dat de waarde van SNS Reaal hoger ligt dan de €?0 die de Staat voorstelde. Drie deskundigen zullen nu de werkelijke waarde moeten bepalen.